We hebben eerder geleerd dat de dubbele fatha van de derde naamval (onbepaald) altijd gedragen wordt door een alif, hamza of ta marbuta. De alif kan echter geen dubbele fatha dragen. Bij woorden zonder hamza of ta marbuta wordt de alif nog wel toegevoegd aan het woord in de derde naamval, maar de dubbele fatha komt op de letter daarvoor (dit geldt ook voor een woord dat eindigt op een alif maqsura; bij deze alif maqsura geldt deze regel ook voor dubbele damma en dubbele kasra). De uitspraak blijft hetzelfde. Enkele voorbeelden van onbepaalde woorden in de derde naamval:
- جميلةً
- مساءً
- قرًى
- مقهًى

Diverse meervouden van het woord boom (collectief):
- شجرة één boom
- شجر bomen (3-9)
- أشجار bomen (meer dan 9)
- شجرات bomen (mag voor elk meervoud gebruikt worden; veel of weinig; meestal wordt deze vorm gebruikt voor iets wat bekend is).
Zie ook pagina 102 van boek 1.

Gisteren
- بالأمس gisteren (gedurende de hele dag of een deel van de dag)
- أمس gisteren

Voor كُلّ zie pagina 46 in boek 2.

Na كم komt in het arabisch enkelvoud! Hoeveel kamers (NL) is كم غرفة in het Arabisch, kamer is dan dus in het enkelvoud.

We hebben tijdens de les tekst 2 uit boek 2 gelezen. التأريخ betekent de geschiedschrijver, in de tekst wordt echter التاريخ (de geschiedenis) bedoeld.

We hebben de theorie rondom stam 2 besproken (p. 40, 2.2). 90% van de stam 2 werkwoorden heeft een causatieve of intensieve betekenis. De noemfunctie bevat de overige 10%. Stam 2 is een intensivering van stam 1. Sommige werkwoorden hebben alleen een stam 2 vorm, zoals regenen (مَطَّرَ; het regent is مَطَّرَت).
Daarnaast hebben we paragraaf 2.3 behandeld (stam 3) en paragraaf 2.5 (uitdrukkingen in de genitiefconstructie) gelezen.

Om de uitspraak te oefenen hebben we thema 5, 6 en 7 uit boek 1 gelezen. De komende lessen doen we dat weer: 6, 7 en 8 (les 9); 7, 8 en 9 (les 10), 8, 9 en 10 (les 11).

Huiswerk voor volgende les (let op: 11/6 geen les, de eerstvolgende les is op 18/6):
- woorden les 8 boek 1 leren voor dictee;
- maak oefening 8 en 9 uit het boek in je schrift;
- maak oefening 7 (stuur je vertaling op naar Khaled via de site);
- maak oefening 1 t/m 4
- neem de nieuwe woorden van les 2 door
- Donna schrijft een verhaaltje van 7 zinnen (les 10: Marleen; les 11: Aïscha)