ForumArabisch.nu | مـعـهــد الـعـربـيـة الآن
Deze ruimte is bedoeld voor vragen en antwoorden over huiswerk en behandelde stof van studenten net zoals docent.
Andere zaken kunt u in het gastenboek schrijven.
Het vorige gastenboek kunt u hier vinden.
02:49
29/10/2015
HUISWERK:
1.Schrijf in het Arabisch 5 met elkaar verband houdende zelfstandige naamwoorden op (merknamen, stofnamen, landen, beroepen etc.). Bijv. goud, zilver, koper, ijzer en chroom. Het is de bedoeling dat je de Nederlandse woorden in het Arabische schrift schrijft, je hoeft dus niet naar het Arabische equivalent van de woorden te zoeken.
2. Oefeningen op blz. 70 t/m 74 in de volgende volgorde: 8-6-7-11-9. Oefening 7 met behulp van het plaatje op p.71 en de tekst op p.60.
SAMENVATTING:
De woorden vermeld op p.57-58 en 61 behoren inmiddels onderdeel uit te maken van het parate vocabulaire. Tijdens de les zijn de conversatie-opgaven op p.66-69 doorgenomen: begroetingen, vragen met ‘waar’, ‘wie’ en ‘wat’. Verder is de oefening op p.74 in groepsverband gemaakt. Tip: Zie p.139 voor een overzicht van de meestvoorkomende voorzetsels en p.119 voor alle persoonlijke vnw (1e kolom van rechts).
Uitleg nominal zinnen: Elke zin bestaat uit een (1) onderwerp, (2) gezegde (predicaat) en evt. (3) bijwoordelijke bepalingen. In het Arabisch wordt het werkwoord ‘zijn’ in de tegenwoordige tijd niet uitgedrukt. De zin begint dus met een naamwoord (Latijn: nomen) terwijl het werkwoord ‘zijn’ impliciet blijft (vb. ana moe’alim = ik leraar). Nederlandse zinnen zijn verbale zinnen, het werkwoord (Latijn: verbum) 'zijn' wordt wel uitgedrukt (ik ben leraar).
Positie bijwoordelijke bepalingen: (geven info over tijd/plaats/omstandigheden)
-Zij staan aan het einde van de zin als het onderwerp bepaald is. Vb. hier is de leraar (in nl) = de leraar (is) hier (in ar), El moe ‘alim hoena.
-Zij staan echter voor het onderwerp als het onderwerp onbepaald is. Vb. hier is een leraar (nl) = hier (is) een leraar (ar), Hoena moe’alimun.
In geval van een onbepaald onderwerp volgt altijd nunatie (n-klank door plaatsing van dubbele hulptekens op de laatste letter plus mamduda (gewone alif) of alif maqsura (de ya zonder puntjes) of dubbele hulptekens op de ta-marbuta bij een vrouwelijk nw.
Ezelsbruggetje: el komt altijd vooraan en –un (nunatie) altijd achteraan. Uitzondering: vraagwoorden, zij staan altijd vooraan. Na het vraagwoord blijft het ezelsbruggetje wel van kracht, dus, is de leraar hier? = Hel-iel moe ‘alim hoena (achter o.w); is hier een leraar? = Hel hoena (voor o.w) moe ‘alimun.
Mbt de evt. vervolgcursus: De cursus eindigt begin december. Er zal een vervolgcursus (niv 3+4) worden georganiseerd. Laat even weten of je daaraan wilt deelnemen. Het is aan ons om te bepalen of de vervolgcursus direct aansluit op de huidige cursus (dus 2e week december) of pas na de kerstvakantie zal aanvangen. In het laatste geval is er een gat van een maand tussen de twee cursussen.
1 Guest(s)
Permalink Comments off