De volgende onderwerpen zijn besproken:
SCHRIJFLES
We zijn gestart met voorbeelden van letters hoe er geschreven moet worden.
TIP: Gebruik het papier dat op de site staat met de dubbele lijn om te oefenen. Van belang dat je duidelijk kan laten zien of een rondje bijvoorbeeld boven of tussen de lijnen moet staan.

KORTE KLINKERS (2.2.1):
Er zijn 3 korte klinkers:
-a => fatha ' boven de letter
- u/o => damna و boven de letter
- i => kasra ' onder de letter
Ze kunnen op alle 28 letters van het alfabet.

VERDUBBELINGSTEKEN (2.2.2) = SADDA:
Met een sadda (kan de letter niet vinden op het toetsenbord) geef je aan dat medeklinker verdubbeld moet worden:
= de fatha staat boven de sadda
= de damna staat boven de sado
= de kasra staat onder de sadda en in tegenstelling tot bij de korte klinker wordt hier de kasra boven de letter gezet, maw de letter erboven de kasra en daarboven de sadda.
De dubbelde medeklinker spreek je langer uit.

STILTETEKEN (2.2.3) = SUKUN
٥ boven de letter geeft heeft dat er geen korte klinker volgt. Even stilte.

LANGE KLINKERS (2.3)
Er zijn ook 3 lange klinkers, deze staan achter de letters.
Dit zijn de alif ( ا ), waw ( و ) en ya ( ي )
- aa => alif ( ا )
- uu/oo => waw ( و )
- ie => ya ( ي )
Ze kunnen achter alle 28 letters van het alfabet staan, maar je kan niet 2 alias achter elkaar krijgen, dan maak je gebruik van

VERLENGINGSTEKEN (2.2.4) = ALIF MADDA.
Het verlengingsteken ٱ vervangt een hamza ( أ ) die wordt gedragen door een alif( ا ) die dan weer wordt gevolgd door de lange klinker aa ا
Dus: hamza + alif gevolgd door aa = alif madda
Een alif heeft geen hamza, maar een hamza heeft een ‘alif, waw of ya (zonder puntjes)

OVERSLAAN PARAGRAAF 2.4 EN 2.5  

BIJZONDERHEDEN IN HET ALFABET (3.1)
1) De letters 1, 8, 9, 10, 11 en 27 worden niet verbonden met een volgende letter.

2) De lam en ‘alif ( لا ) vormen samen een ligatuur. Deze staat niet in het alfabet als letter. ل + ا = لا اســْــلام

3) ta marbuta ة
Deze letter bestaat uit een losse ha ه met de twee puntjes van de ta ت. Het geeft aan dat het woord vrouwelijk is, bijv. (toetsenbord). De uitspraak van de ta marbuta in het eind spreek je het uit als het is een h. Marbuta betekent verbonden/gesloten.
Het kan ook een suffix (achtervoegsel) zijn. Een persoonssuffix is in het Arabisch een losstaand woord of een achtervoegsel bij een ander woord. In het Nederlands noemen we dat een persoonlijk voornaamwoord.
Voorbeelden:
Madinah = stad ….مدينة
Madinati = mijn stad …مدينتي
De suffix die erachter komt is "mijn" en aangegeven met ي

4) De kleine ‘alif ٰ
Deze ‘alif wordt niet geschreven en uitgesproken als een lange aa. Het is een recht streepje boven de letter waaraan een fatha voorafgaat.
Dalika ذٰلك = ذالك betekent (die of dat)

5) ‘alif maqsura ى
Dit betekent de verkorte ‘alif. Het is de ya zonder punten.
Dit is een lange a-klank aan het einde van een woord.

6) Hamza
Heeft 1 vorm en staat niet in alfabet.

HUISWERK:
1) Alle oefeningen met het schrijven van letters (overtrekken en zelf schrijven). Let op de lijnen.
2) Uitgedeelde Letter Press: overtrekken en 1 keer zelf schrijven
3) Blz. 28 tot en met 36 luisteroefeningen