De positie van woorden in een zin:
- Indien er extra nadruk op gelegd moet worden, kunnen zelfstandige naamwoorden vooraan in de zin geplaatst worden
- Indien een persoonlijk voornaamwoord gebruikt wordt moet altijd eerst de persoon genoemd worden vooraan in de zin
- Tijdsbepalingen, zoals vroeger, bij voorkeur vooraan de zin

De onvoltooide tijd van de regelmatige werkwoorden

De onvoltooide tijd van werkwoorden wordt gevormd rondom de stam van een werkwoord. In de voltooide tijd zijn de klinkers na de tweede radicaal verschillende - ditzelfde geldt voor de onvoltooide tijd.

Het is belangrijk te weten dat de vervoeging altijd hetzelfde schema volgt (voor de regelmatige werkwoorden met Stam 1), te weten:

Met damma: VT: KaTuBa - TT: yaKTuBu
Met kasra: VT: KaTiBa - TT: yaKTaBu
Met fatha: VT: KaTaBa - TT: yaKTaBu of yaKTiBu of yaKTuBu

In het kort: met damma en kasra is er maar een ‘model’, met fatha zijn er drie mogelijke modellen.

De vervoegingen فعل (doen)

أفعل
تفعل jij (m)
تفعلين jij (v)
يفعل hij
تفعل zij
نفعل wij
يفعلون zij (m)
يفعلن zij (v)
تفعلان jullie 2(m+v)
يفعلان zij 2 (m)
تفعلان zij 2 (v)

Let op:
- Bij werkwoorden die beginnen met een radicaal و (in de verleden tijd vervalt) deze begin, bijv: arriveren: وصل - يصل
- Bij werkwoorden die beginnen met een radicaal hamza komen in de vervoeging twee أ achter elkaar, bijv ik eet: آكل

Huiswerk 21/7
- corrigeren ZZZ + nee ZZZ
- conversatie p85 en p66/67 zonder boek
- B144.O3
- B146.O6
- B145.O4 vraag en antwoord versturen
- B145.O5
- Dictee t/m pagina 107
- B134 beantwoorden vragen en antwoorden
- Bestuderen pagina 150 en 151 en alle werkwoorden van les 6 in t.t. plaatsen