Beste medecursisten.

Het volgende hebben we behandeld in de les:

Les 5.5 Tweevoud.
Het woordje 'in' (alif, noun) wordt gebruikt als zelfstandig naamwoord en ook als bijvoegelijk naamwoor van het gezegde. (Altijd na het werkwoord zijn).
Het woordje 'Yen'( yaa, noun) wordt gebruikt als bijvoegelijk of zelfstandig naamwoord, wanneer deze voorkomt na een voorzetsel en in de rest van alle gevallen. Zie les 5.5 in het boek.

Les 5.7 Vrouwelijk woorden.
Deze woorden zijn herkenbaar aan de ö (Ta Marbouta). Het naamwoord volgt altijd het zelfstandig naamwoord. Na het mannelijke naamwoord volgt altijd het mannelijk zelfstandig naamwoord. Dit geld ook voor de vrouwelijke naamwoorden. Deze worden ook standaard gevolgd door zelfstandige naamwoorden.

*Let op! Dit geld niet voor collectiva.

Oef 4.
Alle namen van staten, dorpen, provincies zijn vrouwelijke naamwoorden.

Huiswerk.

-Maken alle opdrachten t/m blz. 90
' Is dit een lelijke man? > Hal hada rajul kabih?
-Blz. 86. Oef. 4 De zin vragend maken van de stof van oef. 1

Ik weet niet of ik het goed begrepen heb, maar volgens mij het huiswerk indienen via de site. > H.B.O.

-De tekst lezen en 5 zelfstandige naamwoorden opschrijven en de 7 zinnige zinnen verhuizen naar de volgende les. (huiswerk van vorige week).

** Sorry ik heb het arabisch toetsenbord nog niet geïnstalleerd. Ik ga dit gauw doen!

Groetjes, Fatiha