Besproken is:
De volgorde van de woorden in de zin (zie ook vorige les):
1. Werkwoord 2 onderwerp 3 lijdend voorwerp 4 meewerkend voorwerp 5 overige
Bepalingen van tijd en het vraagpartikel komen echter wel vooraan in de zin.
Bijvoorbeeld: لماذا ضرب الكلب

Om vast te stellen welke hulptekens gebruikt moeten worden, moeten altijd twee vragen gesteld worden:
1: hoeveel hulptekens?
2: welke hulptekens?

Ad 1:
Indien het woord bepaald is, krijgt het 1 hulpteken op de laatste letter van het woord. Bepaald dat wil zeggen:
- het heeft een lidwoord
- Het heeft een persoonssuffix
- het is het eerste deel van een bezitsconstructie
- er bestaat geen mogelijkheid tot discussie/twijfel over welke/wie/wat het is, bijvoorbeeld aardrijkskundige namen (er is maar een Nederland, een Lebanon, een Parijs
Indien het woord onbepaald is, krijgt het 2 hulptekens op de laatste letter van het woord.

Ad 2:

Damma bij:
- Onderwerp
- Naamwoordelijke deel van het gezegde
(Nominatief)

Fatha bij:
- Lijdend voorwerp (accusatief)
- Onderwerp van de zinnen met bepaalde voegwoorden die een naamwoordelijke zin inleiden, zoals
لكن = maar
أن = dat
ﺇن = voorwaar, zeker, echt waar (of niet vertaald)
لأن= want
NB: deze woorden worden altijd gevolgd door een (zelfstandig) naamwoord, nooit door een werkwoord (zie pagina 104)
NB: deze woorden kunnen worden voorafgegaan door ‘و’, en, dat niet noodzakelijk vertaald hoeft te worden.
- Bijwoordelijke bepaling, zoals tijdsbepalingen, zoals ‘De dag is mooi’ ‘De dag; krijgt hier een enkele fatha, ‘mooi’ een dubbele damma
** bij een dubbele fatha aan het einde van heten woord wordt altijd een ‘ا’ toegevoegd. De dubbele fatha komt dan op de laatste letter van het originele woord. Uitzonderingen daarop zijn woorden die eindigen op ى اء ة, daar wordt geen alif toegevoegd.

Kasra bij:
- Zelfstandige naamwoorden die na een voorzetsel komen
- Zinnen met een ‘van’ constructie
(Genitief)
NB: zogenaamde ‘genitief’ constructies, zoals ‘huisdeur’ = ‘deur van het huis’ krijgen een combinatie waarin ‘van het huis’ een kasra krijgt. Omdat het onmogelijk is om meer dan 1 ‘bepaaldheidconstructie’ te hebben, wordt in dit geval deur zonder ‘ال’ geschreven, terwijl het wel bepaald is: باب البيت

Let op: alle aardrijkskundige namen krijgen damma of fatha, nooit kasra, behalve als de naam begint met ‘ال’ dan mag het ook kasra krijgen. (Geldt ook bij voorzetsels). Die ook diptoten, pagina 126. Deze krijgen nooit 2 hulptekens.

Huiswerk voor 6 juni, 18h-21h
- Zeven zinnige zinnen
- Blz 144: oefening 2, vertaling doorsturen
- Blz 112 oefening 12, vertaling doorsturen
- Blz 109, oefening 6, vertaling doorsturen
- Blz 109, oefening 8, alle tekens toevoegen
- Dictee voorbereiden mbt werkwoorden les 6