ForumArabisch.nu | مـعـهــد الـعـربـيـة الآن
Deze ruimte is bedoeld voor vragen en antwoorden over huiswerk en behandelde stof van studenten net zoals docent.
Andere zaken kunt u in het gastenboek schrijven.
Het vorige gastenboek kunt u hier vinden.
11:46
05/03/2018
Het werkwoord ‘hebben’
In principe kent het Arabisch een werkwoord voor bezitten, namelijk ملك. Echter het Nederlandse ‘hebben’ komt daarmee niet volledig overeen. In praktijk wordt daarvoor een bezitsconstructie gebruikt met voorzetsel:
عند voor bezit (van een ding): ik heb een huis
ل voor een relatie: ik heb een vader
De vervoeging van de voorzetsels voor gevormd door het persoonssuffix (ي/ني ك ك ه/.. ها نا كم كن هم هن كما هما) aan het voorzetsel toe te voegen, of bijvoorbeeld door عند of ل aan het naamwoord te koppelen, bijvoorbeeld: Nederland heeft een koning: لهولندا ملك
Let op:
- ل bij een persoonssuffix krijgt een fatha in plaats van kasra (behalve natuurlijk bij ي
- Indien ل wordt gevolgd door het lidwoord ال, dan vervallen de ‘alif en de verbindingshamza, dus de jongen heeft is: للولد
Bepaaldheid
Er zijn drie mogelijkheden om een zelfstandig naamwoord te bepalen:
1. Door het lidwoord ال بيت (het huis)
2. Toevoeging van de persoonssuffix, dus bezittelijk woornaamwoord, بستانها (haar tuin)
3. De ‘van’ constructie: بستان البيت (de tuin van het huis)
Bij ‘reeksen’ krijgt alleen het laatste woord een lidwoord, zoals in het voorbeeld: قلب كلب ابن الرجل (de hart van de hond van de zoon van de man)
Indien de reeksen te lang worden, zal in praktijk vaak de zin in ‘groepjes van twee’ worden gebroken
De bijvoeglijk naamwoorden volgen altijd aan het einde, dus:
Het huis van het mooie meisje: بيت البنت الجمالة
Het mooie huis van het meisje: بيت البنت الجمال
Het grote huis van het mooie meisje: بيت البنت الجمالة الكبير
Om een onbepaaldheid in een bezitsconstructie aan te geven, indien een ‘van’ constructie wordt gebruikt, slaat dat enkel op het laatste woord. Dus ‘een man zijn huis’ is بيت رجل (waarbij huis damma heeft en razul kasra)
De belangrijkste voorzetsels:
In, op, bij: في
Op, tegen: على
Onder: تحت
Boven, over: فوق
Bij, van: حند
Vanuit, uit: من
Sinds: منذ
Zonder: بلا
Door, met, per, in: ب
Met, ondanks: مع
Naar: الى
In de richting van: نحو
Aan, van: ل
Over (via, langs, mbt): عن
Bij (personen): لدى
Voor (tijd): قبل
Na (tijd): بعد
Voor (plaats): امام
Achter (na) وراء
Tussen: بين
Tussen (anti): ضد
rond(om): حول
Naast: جنب
VRAAG: hoe maak je ‘hebben’ ontkennend, bijvoorbeeld: ‘Nederland heeft geen president’
Huiswerk voor 9/7/2018
- ZZZ + corrigeren oud ZZZ
- B129.O3 hulptekens opschrijven en uitspreken
- Hulptekens op eerste ZZZ
- Diptoten artikel
- B130O5 + O6 vertaling opsturen
- Maken reeks met 2,3,4,5,6,7 woorden in bezit constructie
- B144.O1
- B144.O2
- Woorden pagina 135
- B146.O7 vertalen en opsturen
1 Guest(s)
Permalink Comments off