Op bladzijde 61 voeg je de volgende twee woorden toe aan de linkerkolom:
اِلَى = naar
عَلَى = op

In de rechterkolom staat planten, maar dit moet plant zijn (نَبَاتٌ).

Het woord فِي betekent ook "op".

عَلَى = op = boven
فِي = op = in

Bijvoorbeeld: Ik ben op school. Dan bedoel je ik ben in de school dus gebruik je فِي.

In het Nederlands begint een vraag met een werkwoord, in het Arabisch gebruik je een vraagpartikel; هَل.
Vragende voornaamwoorden bestaan wel, zie bladzijde 65.

Op bladzijde 63 staan alle zonneletters, voeg hieraan de ل toe.
Begint het woord met een zonneletter dan lees je de ل van het lidwoord niet en verdubbel je de eerstvolgende letter.

** huiswerk **
Bladzijde 68 oefening 1
Oefenen met lezen en uitspraak van de tot nu toe geleerde woorden!

Tot volgende week!