ForumArabisch.nu | مـعـهــد الـعـربـيـة الآن

Deze ruimte is bedoeld voor vragen en antwoorden over huiswerk en behandelde stof van studenten net zoals docent.
Andere zaken kunt u in het gastenboek schrijven.
Het vorige gastenboek kunt u hier vinden.

  • Facebook
  • Twitter
  • Google Bookmarks
  • email
  • NuJIJ
  • RSS
  • PDF
  • Print
  • LinkedIn
  • Add to favorites
Avatar
Lost password?
Advanced Search
Forum Scope


Match



Forum Options



Minimum search word length is 3 characters - maximum search word length is 84 characters
sp_Feed Topic RSSsp_TopicIcon
Amersfoort 2e jaar Leusderweg 110 theorie en huiswerk besproken op 22-7-2021
27/07/2021
11:15
Avatar
Jannemieke De Jong
Member
Members
Forum Posts: 15
Member Since:
27/11/2020
sp_UserOfflineSmall Offline

مَا كَانَ فِي مَدْرَسَةٍ Vraag n.a.v. vorige les: Hij was niet op school. Zin met كَانَ betrekking op nw. gezegde. Geen damma maar fatha. Onbepaald, dus 2 hulptekens. In dit geval ook geen fatha's, want school komt NA voorzetsel dus het worden 2 kasra's.

Na ﺇنَّ komt alleen een: zelfstandig naamwoord of een persoonlijk voornaamwoord.

6.2.8. blz. 100 ontkenning = v.t. + مَا
Hij begreep niet wat hij leerde. مَا فَهِمَ مَا دَرَسَ De 1e ma is ontkenning 'niet' en de 2e ma in de zin betekent 'wat'

6.2.7. blz. 100 Ezelsbruggetje 🙂 had, was = قَد Het is áfgesloten" = v.v.t. + قَد
Hij is (net) weg(gegaan) قَد ذَهَبَ

6.3. blz. 101 Wanneer Nederlandse zin begint met een werkwoord, dan is het een vraag. Bijv. Eet jij brood?
In Arabische taal MOET je beginnen met WERKWOORD ! Wanneer je het onderwerp belangrijker vindt, dan mag je beginnen met het onderwerp.
Arabische zinsopbouw: 1. werkwoord 2. onderwerp 3. lijdend voorwerp 4. meewerkend voorwerp 5. overige

Bijv. De schrijver legde (heeft gelegd) het boek op de tafel. وَضَعَ الكَاتِبُ الكِتَابَ عَلَى المَاءدَةِ
Werkwoord legde alleen vervoegen en niets mee doen. Onderwerp de schrijver is bepaald 1 hulpteken 1x damma. Het boek is lijdend voorwerp. Is bepaald 1 hulpteken 1x fatha vz. op niets mee doen. De tafel komt NA voorzetsel is bepaald 1 hulpteken dat is dus 1 x kasra. Bij het woord de tafel kon ik de kleine 'alif'met de hamza erop niet vinden. Er staat dus nu alleen een hamza.
A. Alleen bepalingen van TIJD worden vaak helemaal aan het BEGIN van de zin geplaatst.
B. In alle talen VRAAGPARTIKELS ALTIJD aan BEGIN van de zin.

Voorbeeld bij A. TIJDSBEPALING.
Hij is vanmorgen weggegaan. هذَا الصَّبَاحَ ذَهَبَ met hada niets doen. Morgen is een tijdsbepaling. Altijd aan BEGIN van een zin. Bepaald 1 hulpteken. Tijdsbepaling krijgt fatha, dus 1 fatha.

Voorbeeld bij B. VRAAGPARTIKEL
Waarom heeft hij de hond geslagen? لِمَاذَا ضَرَبَ الكَلْبَ ؟ Waarom niets mee doen. Werkwoord slaan gewoon vervoegen. De hond is lijdend voorwerp. Is bepaald, 1 hulpteken en krijgt dus 1 fatha.

Voorbeelden van TIJDSBEPALINGEN:

morgen صَبَاح dag يَوم avond مَسَاء

كَانَ heeft invloed op naamwoordelijk deel van het gezegde. Damma wordt fatha.
Hij was in huis. كَانَ فِي بَيْت. Hij was: vervoegen. Was in huis: is naamwoordelijk gezegde. Zin met Kana heeft effect op naamwoordelijk gezegde. Normaal krijgt naamwoordelijk deel van gezegd een damma, nu dus een fatha. Huis is onbepaald, dus 2 tekens, MAAR !!! Huis komt NA het voorzetsel 'IN' en krijgt dus 2 KASRA'S !
Het meisje was in het huis. اكَانَتْ البِنْتُ فِي البَيْتِ. Het meisje in onderwerp. Bepaald, 1 hulpteken, 1 damma. Was in het huis ; naamwoordelijk gezegde. Kana heeft effect op naamwoordelijk gezegde. Damma wordt fatha. MAAR: het huis komt NA het voorzetsel 'IN' en dan krijgt het huis 1 KASRA.

Voorzetsel is STERKER dan كَانَ !

Het meisje is mooi. البِنْتُ جَمِيلةُُ. Het meisje is onderwerp. Bepaald, 1 hulpteken, 1 damma. is mooi naamwoordelijk gezegde. Mooi is naamwoordelijk deel van gezegde. Onbepaald, 2 hulptekens. Meisje is vrouwelijk, mooi dus OOK vrouwelijk. Krijgt temarbuta, dus 2 damma's.

6.4.2 blz. 102
De schrijver heeft geschreven.كَتَبَ الكَاتِبُ. De schrijver is onderwerp. Bepaald, 1 hulpteken. 1 damma. Werkwoord alleen vervoegen.

Dit boek is goed. هُنَا كِتَابٌ جَيِّدٌ Dit aanwijzend voornaamwoord niets mee doen. Boek is onderwerp, bep. 1 hulpteken, 1 damma. is goed. Goed nw.deel van gezegde. onb. 2 hulptekens, 2 x damma.

Hier is een goed boek. هذَا الكِتَابُ جَيِّدٌ. Hier niets mee doen. is een goed boek. Naamwoordelijk gezegde. Goed hoort bij boek. Ze horen bij elkaar, onbepaald, 2 hulptekens, 2x damma.
Nog een voorbeeld: Hier is een klein oud boek. هُنَا كِتَابٌ قَدِيمٌ صَغِيرٌ. Hier is een tijdsbepaling, verandert niet. Is een klein oud boek, horen bij elkaar. Naamwoordelijk gezegde. een klein oud boek is naamwoordelijk deel van gezegde. Onbepaald, dus 2 hulptekens. Krijgen dus allemaal 2 x damma.

Van BINNEN naar BUITEN vertalen! Eerst boek vertalen, dan oud vertalen en daarna klein vertalen!

Na WERKWOORD 'ZIJN' komt ALTIJD naamwoordelijk gezegde !

6.4.3. blz. 103 2e naamval tref je aan in BEZITSCONSTRUCTIES en NA VOORZETSELS.
Bijv. Zij schreven(m) in een klein boek. كَتَبُوا فِي كِتَابٍ صَغِيرٍ. zij schreven werkwoord (m) vervoegen, verder niets mee doen. Voorzetsel 'in'. een klein boek komt NA voorzetsel 'in '. onbepaald, 2 hulptekens, worden dus 2 kasra's Na een voorzetsel. 2 kasra's onder boek en 2 kasra's onder klein.

Daar is de huisdeur. (deur van het huis) bezitsconstructie هُنَاكَ بَابُ الْبَيتِ. Daar, niets mee doen. ( VAN constructie, hoort bij elkaar, belongs to) Deur krijgt 1 damma en het huis krijgt 1 kasra.

6.4.4.blz. 103

1. als lijdend voorwerp.

Ik schreef een boek. كَتَبْتُ كِتَاب. كِتَابًا. Ik schreef vervoegen en verder niets mee doen. Wat schreef ik? een boek, is lijdend voorwerp. onbepaald, dus 2 hulptekens. 2 fatha's. Wanneer je 2 fatha's gebruikt dan ALTIJD plus een ALIF !!! Behalve bij wanneer woord eindigt op : ة, اء, ى .

2. als bijwoordelijke bepaling.

vandaag اليَوْم 1 hulpteken, is bepaald bijwoordelijke bepalingen krijgen een fatha.
's ochtends صَبَاحًا onbepaald, krijgt 2 hulptekens, bijwoordelijke bepalingen krijgen fatha. Hier dus 2 fatha's + een Alif!
zeer,erg جِدّاً

Vb. Vandaag is mooi. اليَوْمَ . اليَوْمَ جَمِيلٌ. is bepaald, 1 hulpteken, onderwerp dus eigenlijk 1 damma, MAAR is bijwoordelijke bepaling en krijgt dus 1 fatha. is mooi naamwoordelijk gezegde. Mooi جَمِيلٌ is naamwoordelijk deel van gezegde. Onbepaald, krijgt 2 hulptekens. 2 x damma.

3. als naamwoordelijk deel van het gezegde, NA Kana, Laysa etc.

De man was lang.كَانَ الرَّ جُلُ طَوِيل. طَوِيلاً. Kana werkwooord vervoegen, verder niets mee doen. الرَّ جُلُ de man is onderwerp, bepaald, 1 hulpteken, dus 1 damma. طَوِيل was (Kana) lang. is naamwoordelijk gezegde. Lang is naamwoordelijk deel van gezegde. Zinnen met Kana (en haar zusjes) effect op naamwoordelijk gezegde.Lang is onbepaald, 2 hulptekens, normaal 2 damma, maar nu ivm Kana en haar zusjes geen 2 damma MAAR 2 fatha's + een ALIF! طَوِيلاً zo wordt het dus.

Nog een voorbeeld:
Dit meisje is niet mooi. لَيْسَتْ هَذِهِ البِنْتُ جَمِيلَةً. Laysat is niet zijn, vrouwelijk. Dit aanwijzend voornaamwoord, verandert niet is ook vrouwelijk. Dit meisje is onderwerp, bepaald, 1 hulpteken, 1 x damma. is niet mooi, naamwoordelijk gezegde. (niet) mooi naamwoordelijkdeel van gezegde. onbepaald, 2 hulptekens, normaal 2 x damma, MAAR Laysat is een zusje van Kana en heeft effect op naamwoordelijk deel van gezegde. Krijgen dus GEEN damma's, maar 2 fatha's. Dit keer ZONDER Alif, omdat het eindigt op een temabuta. Mooi wordt ook vrouwelijk, heeft te maken dit meisje.

Stelregel om goede zinnen te maken in het Arabisch: Erg belangrijk !!!!!!!!!!
* Eerst lezen in het Arabisch
* Vertalen naar het Nederlands
* Goede zin, oefening maken in het Nederlands
* Terugvertalen naar het Arabisch.

7.1.2. blz. 116

* A. v.t. = t.t. + كَانَ
* B. v.v.t. = v.t. + قَد+ كَانَ Het lukt steeds niet om eerst Kana te plaatsen en daarna qad. Hij verspringt elke keer weer. Moet dus zijn: eerst Kana + qad + v.t = v.v.t.

Ezelsbruggetje 🙂 Had = قَد (was)

Werkwoord كَانَ wordt o.a. gebruikt om een TOESTAND of GEWOONTE in het verleden aan te geven. كَانَ wordt dan GECOMBINEERD met een PERS.VORM van ONVOLTOOIDE tijd.

Voorbeeldzin A.:
Zij woonde in Beiroet. كَانَتْ تَسْكُنُ فِي بَيْرُوتٍ. Beiroet NA vz. onbepaald, 2 kasra's.

Het werkwoord كَانَ wordt ook gebruikt om voltooid verleden tijd aan te geven. In dat geval wordt قَد toegevoegd, geplaatst VOOR het werkwoord in de voltooide tijd.

Voorbeeldzinnen B.:
Hij had geschreven. كَانَ قَدْ كتَبَ.
Hij was weggegaan. كَانَ قَدْ ذَهَبَ.

Het ONDERWERP komt TUSSEN de VORM van كَانَ en het WERKWOORD.

De man had gelezen. كَانَ الرَّجُلُ قَدْ قَرَأَ. Man is onderwerp. Bepaald, 1 hulpteken, 1 damma.

لَيْسَ is een van de zusjes van كَانَ. Betekent; NIET ZIJN! Enige werkwoord dat géén verleden tijd heeft.

7.1.3. كَانَ en haar zusjes:
Groep werkwoorden die vergelijkbaar zijn met de groep Nederlandse koppelwerkwoorden:
* كَانَ werkwoord ZIJN, voltooide tijd WAS
* صَارَ werkwoord WORDEN, voltooide tijd WERD
* بَقِيَ werkwoord BLIJVEN, voltooide tijd BLEEF
* لَيْسَ werkwoord NIET ZIJN, heeft géén verleden tijd

Naamwoordelijk deel van de zinnen van كَانَ en haar zusjes, die hierboven staan, krijgen géén damma (s) maar fatha (s).

Voorbeeldzin 7.1.3. blz. 117

Zij werd Libanese. صَارَتْ لُبْنَانِيَّةً. werkwoord vervoeging worden, werd vrouwelijk zij e.v. gewoon vervoegd, verder niets mee doen. Zij werd Libanese. Libanese naamwoordelijk deel van gezegde. Zin كَانَ en haar zusje, in dit geval zusje: صَارَ effect op naamwoordelijk deel van gezegde. Krijgt geen damma, maar fatha. Onbepaald, 2 hulptekens. 2 x fatha, dit keer ZONDER Alif, omdat Libanese eindigt op. ةً .

7.5. blz. 123. Het 'werkwoord' 'HEBBEN'.
Worden gewoonlijk VOORZETSELS عِنْدَ (bij) en لِ (aan/voor) gebruikt, gevolgd door de 'HEBBER' in de Nederlandse zin.

!!!!! Het LIJDEND VOORWERP van de Nederlandse zin is = het ONDERWERP van de Arabische zin, bij het 'werkwoord' 'HEBBEN'. !!!!!!

Het 'werkwoord' 'HEBBEN' wordt gevormd door een VOORZETSEL عِنْدَ of لِ PLUS een SUFFIX. Zie vervoeging عِنْدَ blz. 124.

Verschil in het gebruik van لِ en عِنْدَ
لِ wordt meer gebruikt om een RELATIE aan te geven. (vb. zin 3 + 4)
عِنْدَ wordt vooral gebruikt om BEZIT aan te geven (vb. zin 1 + 2) bezitten, kopen, verkopen.

عِنْدَ Voorbeeldzinnen 1.Deze man heeft een huis. عِنْدَ هَذَا الرَّجُلِ بَيْتٌ. Deze man is in het Nederlands het onderwerp. Bij deze 'werkwoorden' is ONDERWERP van Nederlandse zin LIJDEND VOORWERP van Arabische zin. Is bepaald, dus eigenlijk 1 damma, maar onderwerp IS lijdend voorwerp in Arabische zin, dus dan 1 fatha omdat het bepaald is, MAAR is NA het voorzetsel عِنْدَ DUS WORDT HET 1 KASRA ! Wat heeft de man? een huis. Is LIJDEND VOORWERP in Nederlandse zin, maar wordt dan ONDERWERP in Arabische zin. Onebpaald, 2 hulptekens, DUS het worden 2 damma's.

2. Wij hebben een zieke hond. عَنْدَنَا كَلْبٌ مَرِيضٌ. Vervoeging werkwoord 'hebben' met extra na. (wij) Wat hebben wij? Een zieke hond. Is in Nederlandse zin lijdend voorwerp, maar wordt dus nu met deze vorm van het 'werkwoord' 'hebben' ONDERWERP in de Arabische zin. zieke hond, onbepaald, 2 hulptekens, onderwerp in Arabische zin, dus ze krijgen allebei 2 damma's.

3. Nederland heeft een koning. لِهُولَنْدَا مَلِكٌ. Toont een relatie aan. Gebruik je dus لِ. een koning is in Nederlandse zin lijdend voorwerp, wordt in Arabische zin onderwerp. Onbepaald, 2 hulptekens, dus 2 x damma.

Zomaar extraatje: op WELKE letter moeten de 2 fatha's?

عِفْوًا graag gedaan شُكْرًا dank u wel جِدّاً zeer, erg أَيْضاً ook

===========HUISWERK 29 JULI 2021: H.7 B.130 O.5 EN H.7 B.130 O.6==========

H.7 B.124 7.5 Nog een extra aanvulling bij het werkwoord 'hebben'. لِ relatie.
NB.1: لِ gevolgd door een persoonssuffix verandert in لَ. In het schema van de 'vervoeging' van 'hebben' op blz. 124 zie je voorbeeldzinnen wanneer لِ gevolgd wordt door persoonssuffix dan het verandert naar لَ. 'ik heb een vriend' لِي صَدِيقٌ Daar staat de bij لِ dus een kasra. Komt dit omdat er een ي volgt? Bij de anderen staat er WEL لَ
NB.2: Als لِ gevolgd wordt door het LIDWOORD, vallen de verbindingshamza en de 'alif' weg. Je schrijft de أَ ا dus niet.
Aan de jongen wordt dus: لِلْوَلَدِ

Vraagje: Deze jongen heeft een nieuw schrift : عِنْدَ هذَا الْوَلَدِ دَفْتَرٌ ذَدِيدٌ. Wordt het bij vrouwelijk OOK عِنْدَ ? Bijvoorbeeld: Dit meisje heeft een oud boek : عِنْدَ عَذِهِ الْبِنْتِ كِتَابٌ قَدِيمٌ. Verandert er dan niets aan عِنْدَ ? Hoef je dit dan niet te vervoegen omdat het vrouwelijk is? Moet het alleen maar vervoegd worden zoals op schema blz. 124 wordt aangegeven? Zoals, ik, jij, wij, zij en jullie?

  • Facebook
  • Twitter
  • Google Bookmarks
  • email
  • NuJIJ
  • RSS
  • PDF
  • Print
  • LinkedIn
  • Add to favorites
Forum Timezone: Europe/Amsterdam
Most Users Ever Online: 229
Currently Online:
Guest(s) 16
Currently Browsing this Page:
1 Guest(s)
Top Posters:
Leonie Wulftange: 82
Ischa87: 70
David: 69
Loes Akay: 66
donnapiet: 61
Ramon Van Romeen: 45
Member Stats:
Guest Posters: 10
Members: 220
Moderators: 0
Admins: 2
Forum Stats:
Groups: 2
Forums: 8
Topics: 1620
Posts: 1890
Newest Members:
Eric Beckers, Dries Bouchayou, Hagar Boers, Esmeralda Doppenberg, Afke Schaart, Pelin Olgun
Administrators: Khaled: 35, marcel: 4
  • Facebook
  • Twitter
  • Google Bookmarks
  • email
  • NuJIJ
  • RSS
  • PDF
  • Print
  • LinkedIn
  • Add to favorites

Comments off

Comments are closed.