ForumArabisch.nu | مـعـهــد الـعـربـيـة الآن
Deze ruimte is bedoeld voor vragen en antwoorden over huiswerk en behandelde stof van studenten net zoals docent.
Andere zaken kunt u in het gastenboek schrijven.
Het vorige gastenboek kunt u hier vinden.
07:12
24/12/2016
Huiswerk behandeling
Khaled heeft de opgave, vervoeging van alle werkwoorden van bladzijden 97, 98 en 99 (tm 6.2.5) op de wijze zoals op blad 97 is gedaan met werkwoord فَعَل, individueel nagekeken. Op verzoek zijn enkele werkwoorden nog een uitgesproken.
Advies aan degene die nog niet alles compleet af hadden, dit alsnog wel te doen.
In kort herhaalt Khaled ook nog eens de verschillende uitgangen:
In dit boek (boek 1 van de cursus) behandelen we alleen stam 1. Stam 1 is de basisstam en bestaat uit 3 radicalen. Zowel achter de 1e als 3e radicaal komt een “a”, de letter na de tweede radicaal kan variëren
De 13 vervoegingen zijn als volgt te onderscheiden:
- Vormen van 1,2,3 en 5 verschillen door hulptekens aan einde van woord (‘tu’, ‘ta’, ‘ti’ en ‘at’)
- Vormen van 4 en 12 onderscheiden zich door korte en lange klank (‘a’ en ‘aa’)
- Vormen van 5 en 13 onderscheiden zich door korte en lange klank (‘at’ en ‘ataa’)
- Vormen van 6 en 10 onderscheiden zich door lange en korte klank (‘naa’ en ‘na’)
- De overige vormen (7, 8, 9 en 11) hebben ieder hun specifieke eigen uitgang
Theorie
Om aan te geven dat iets ‘zojuist’ is gedaan (hij heeft NET gegeten) gebruiken we het woord قَد.
De voorbeeldzin (hij heeft net gegeten) wordt dan dus : قَد أَكَلَ
De voltooide tijd in Arabisch wordt ook gebruikt, in tegenstelling tot in Nederlands, om een algemene uitspraak of gezegde te verwoorden.
Waar we in Nederlands spreken van “wie zoekt, vindt” wordt dat in Arabisch in voltooide tijd gezegd: مَن طَلَبَ وَجَدَ
Ontkenning bij werkwoord wordt gedaan met behulp van ما. Let daarbij op, ما wordt ook gebruikt als vragend voornaamwoord en betrekkelijk voornaamwoord.
ما فَهِمَ ما دَرَسَ bevat dus de ontkenning (ما فَهِمَ = hij begreep niet) en betrekkelijk voornaamwoord (ما دَرَسَ = wat hij leerde).
ما شَرِبْتَ يا نَبيل؟ bevat het vragend voornaamwoord (wat dronk je Nabil?)
Onderste zin op bladzijde 100 is NU niet voor ons van toepassing.
De volgorde van woorden in de zin is altijd als volgt :
- (Vragend voornaamwoord (vraagpartikels) )
- (Bepaling van tijd)
Deze eerste twee alleen uiteraard als ze van toepassing zijn in een zin!! Vandaar de haakjes.
- Werkwoord
- Onderwerp
- Lijdend voorwerp
- Meewerkend voorwerp
- Overige
De zin compleet: كَتَبَ المُعَلِّمُ الدَرْسَ عَلى اللَّوْحِ, hetgeen zoveel betekent als
“De leraar schreef (heeft geschreven) de les op het bord”
- Werkwoord كَتَبَ
- Onderwerp المُعَلِّمُ
- Lijdend voorwerep الدَرْسَ
- Meewerkend voorwerp komt niet voor
- Overige عَلى اللَّوْحِ
Wanneer we deze zin vragend en met een bepaling van tijd zouden schrijven, bv.
“Heeft de leraar vanmorgen de les op het bord geschreven?”
Dan zou deze vertaald worden met : هَل هٰذا الصَباحَ كَتَبَ المُعَلِّمُ الدَرْسَ عَلى اللَّوْحِ؟
De volgorde van de zin blijft hier dus gelijk, maar het vraagpartikel (هَل) komt vooraan en de tijdsbepaling (vanmorgen = هٰذا الصَباحَ) komt ook voor het werkwoord nog.
Belangrijke theorie, bladzijde 102 (e.v.) in het boek !!!
In Arabisch zien we dat woorden uitgangen hebben. Voor werkwoorden volgen we het schema zoals op bladzijde 97 (verleden tijd) en leren we later op bladzijde 150 en verder nog de tegenwoordige en toekomstige schema’s.
Bepaalde woorden (‘letters’ zoals Khaled ze benoemde) kennen geen uitgangsveranderingen. Denk aan “op”, “dan”, “dus” en “in”.
Blijven de naamwoorden over (zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden). Op te bepalen wat de uitgang voor een naamwoord wordt, zijn twee vragen belang, te weten:
1. Hoeveel hulptekens?
Hoeveel hulptekens worden bepaald door te kijken naar het woord. Indien het woord bepaald is, bekend is of een lidwoord van bepaaldheid heeft (ال) gebruiken we 1 hulpteken. Anders zijn het twee hulptekens.
2. Welke hulpteken(s)?
Om te bepalen welk hulpteken van toepassing is, kijk je naar de eigenschap van het woord:
- Als het woord onderwerp of het naamwoordelijk deel van het gezegde is, dan is het hulpteken een damma.
- Als het woord lijdend voorwerp is of
onderwerp van de zinnen van “ُﺇِنَّ” en haar zusje of
naamwoordelijk deel van gezegde van de zinnen van “كانَّ” en haar zusje of
tijdsbepaling (bijwoordelijk bepaling)
dan is het hulpteken een fatha.
- Als het woord na een voorzetsel komt of in de zin van “VAN” constructie dan is het hulpteken een kasra.
Khaled zal dit de komende les met voorbeelden verder toelichten.
Huiswerk:
Download na de uitleg van bladzijde 102 nu het “Geheim van Khaled” van de site.
Copieer de volgende link via copy/paste "https://leren.arabisch.nu/studenten-beginners/" en scroll naar beneden. Als 4e van onder in de lijst staat de link naar HET geheim.
Print deze uit, lees deze goed door naast de uitleg van vandaag en de toelichting op het whiteboard hier. Komende les zal Khaled dit verder toelichten met voorbeelden en uitleg, maar het is belangrijk dat we dan wel allemaal dezelfde voorbereiding gedaan hebben!!
Marcel
Aantal uren educatie: 3+1,5=4,5 uur
1 Guest(s)
Permalink Comments off