9.1 Het Regelmatige werkwoord in de onvoltooide tijd, stam I

Regelmatige werkwoorden
Werkwoorden zijn regelmatig als ze in de verleden tijd dezelfde stam hebben als in de tegenwoordige tijd.
Voorbeelden regelmatige werkwoorden; lopen, loopt, liep, liepen, gekomen

Onvoltooide tijd:
De onvoltooide tijd is een werkwoordstijd die gebruikt wordt om aan te geven dat iets nog bezig is of in de toekomst plaatst vindt. Het kan zowel in de tegenwoordige als in de verleden tijd staan.
Voorbeeld: Niets vermoedend verliet hij het huis, wij wandelen, jullie eten

9.2 De vergrote trap
9.3 De overtreffende trap
9.4 Kleuren en gebreken