Samenvatting les 8, 23 november 2021

Herhaling stof
- We hebben nog eens alle woorden t/m hoofdstuk 4 hardop gelezen. Het is belangrijk dat we nu alle woorden die we hebben gehad kunnen lezen en ook weten wat ze betekenen. Woordjes en letters leren dus!
- We hebben geen nieuwe stof behandeld en het huiswerk voor vandaag nog niet nagekeken, dat doen we volgende week.

Tip voor het maken van opdrachten in het Arabisch uit het boek (zo maak je nooit een fout!):
1. Lees de zin/woorden in het Arabisch.
2. Vertaal naar het Nederlands.
3. Maak de opdracht in het Nederlands (bv: maak van deze zin een vraag -> doe dat eerst in het NL).
4. Vertaal het Nederlandse antwoord naar het Arabisch.

Huiswerk (in deze volgorde!):
hoofdstuk 4:
- Oefening 6: Maak vraagzinnen m.b.v. de vragend voornaamwoorden. Geef 2 opties per zin. Schrijf ook de NL vertaling op (papier met lijn in het midden). Bv: De krant is in de hand. -> 1. Waar is de krant? 2. Wat is in de hand? -> vertalen naar AR.
- Oefening 7: Geef antwoord op de vragen m.b.v. de afbeelding op pagina 71 en de tekst pagina 60. Kun je het antwoord niet vinden, verzin dan een logisch antwoord. Gebruik alleen woorden en constructies die we al hebben geleerd. Bv: Is de fles op de grond? -> Nee, de fles is op de tafel. -> vertalen naar AR.
- Oefening 11: Vertaal de tekst en stuur dit op via het huiswerkformulier op de website (H4 B73 O11).
- Oefening 9: Vertaal naar AR.